Het ontbreken van een degelijk fietspadennetwerk is in Dilbeek één van dé pijnpunten bij uitstek. De schepenen van openbare werken van de laatste 30 jaar hebben dit compleet links laten liggen. De balans oogt mager: 3 km op 30 jaar, of 100 meter per jaar. Tijd voor een aflossing van de wacht wat N-VA betreft. Kans verkeken.
N-VA wil absolute prioriteit geven aan de uitbouw van een veilige fietsroutenetwerk. Dit zal niet op 6 jaar kunnen gerealiseerd worden dus zullen er prioriteiten gelegd moeten worden. We leggen het accent in eerste instantie op die straten waar veel autoverkeer is en er dus verkeersonveilige situaties zijn (Bodegemstraat, Brusselstraat, Itterbeeksebaan, Jan De Trochstraat – Ijsbergstraat – Doylijkstraat, Dansaertlaan, Stationsstraat – Hoogveld/Molenberg, Rolle/Roomstraat, Baron de Vironlaan, Wijngaardstraat).
De aanleg van fietspaden op die plaatsen is in de meeste gevallen tot 80% gesubsidieerd.
Er wordt werk gemaakt van een actieplan fietspaden met niet enkel het accent op de aanleg van fietspaden maar ook regelmatig onderhoud (ook in de winterperiode), bewegwijzering, fietsenstallingen aan belangrijke locaties en vervoersknooppunten en fietssuggestiestroken daar waar fietspaden ruimtelijk niet mogelijk zijn of er geen ingrepen op korte termijn mogelijk zijn. In dit kader kijken we ook naar de mogelijke inschakeling van een aantal trage wegen om veilige verbindingen mogelijk te maken.
Last but not least: N-VA wenst de werking van de dienst openbare werken te hervormen. Een cel projectplanning zal zich bezig houden met de voorbereiding, planning en opvolging van complexe dossiers zoals aanleg van fietspaden (die meestal gepaard gaan met een volledige herinrichting van de rijbaan). Deze cel moet bemand worden met gekwalificeerd personeel (een projectleider, mobiliteitsdeskundige en een ingenieur). De cel moet de te grote invloed van studiebureaus beperken. We halen de kennis dus in huis.
Tot slot moet een gemeentelijk reglement opgesteld worden die nutsmaatschappijen verplicht om opengebroken straten, fietspaden, stoepen te herstellen in de staat waarin ze zich bevonden. Openbreken moet de uitzondering worden i.p.v. de regel. Beter voorkomen dan genezen.